-
1 vastzitten
2 [vastgehecht zijn] être fixé3 [in gevangenschap zitten] être en prison4 [gebonden zijn aan] être engagé♦voorbeelden:in het ijs vastzitten • être pris dans la glacevastzitten in de file • être pris dans les encombrementsin de modder vastzitten • être embourbédaar zit heel wat aan vast • cette affaire est complexe -
2 oog
♦voorbeelden:het oog van de naald • le chas de l'aiguillemet andere ogen bekijken • voir (qc.) d'un autre oeileen blauw oog • un oeil au beurre noiriemand een blauw oog slaan • pocher un oeil à qn.(niet zichtbaar) met het blote, ongewapend oog • (imperceptible) à l'oeil nuhet boze oog • le mauvais oeilbruine ogen hebben • avoir les yeux marrondat is niet met droge ogen aan te zien • 〈 zonder tranen〉 on ne peut s'empêcher de pleurer; 〈 ongeroerd〉 c'est à faire pleurer les pierreseen glazen oog • un oeil de verregrote ogen opzetten • ouvrir de grands yeuxzijn ogen zijn groter dan zijn buik, maag • il a les yeux plus grands que le ventreiets met lede ogen aanzien • voir qc. d'un mauvais oeileen lui oog • un oeil paresseuxeen open oog voor iets hebben • être sensible à qc.geen oog dichtdoen • ne pas fermer l'oeilzijn ogen gebruiken • ouvrir l'oeilzijn ogen niet geloven, vertrouwen • ne pas en croire ses yeuxogen hebben van voren en van achteren • avoir des yeux derrière la têteoog hebben voor • avoir l'oeil pourzijn ogen in zijn zak hebben • avoir les yeux dans sa pochealleen oog hebben voor • n'avoir d'yeux que pourzij maakt haar ogen op • elle se fait les yeuxiemand de ogen openen • ouvrir les yeux à qn.de ogen openhouden • garder les yeux ouvertszich de ogen uit het hoofd schamen • mourir de hontehaar ogen schieten vuur • ses yeux lancent des éclairsde ogen ten hemel slaan • lever les yeux au ciel〈 figuurlijk〉 de ogen sluiten voor iets • fermer les yeux sur qc.zijn ogen uitkijken (aan iets) • ne pas détacher les yeux (de qc.)iemand de ogen uitkrabben • arracher les yeux à qn.iemand de ogen uitsteken • faire mourir qn. d'envieiemand de ogen uitsteken met zijn luxe • écraser qn. de son luxe〈 figuurlijk〉 iemand de ogen verblinden • éblouir qn.door iemands ogen zien • voir par les yeux de qn.door het oog van de naald kruipen • l'échapper belleoog in oog staan met • se trouver nez à nez avecheb je geen ogen in je hoofd? • tu n'as pas les yeux en face des trous?iemand recht in de ogen zien, kijken • regarder qn. en facemet de ogen spreken • avoir des yeux expressifsmet de ogen knipperen • cligner des yeuxiemand iets onder vier ogen zeggen • dire qc. à qn. entre quatre yeuxeen gesprek onder vier ogen • un tête-à-têteuit zijn ogen zien • 〈 opletten〉 ouvrir l'oeil (et le bon); 〈 op zijn hoede zijn〉 être sur le qui-vivevoor iemands ogen • sous les yeux (de qn.)groen en geel voor de ogen worden • être pris de vertigehet schemert mij voor de ogen • j'ai la vue troublezijn ogen aan iets te goed doen • repaître ses yeux de qc.zijn ogen uit zijn hoofd kijken • se repaître de, à la vue de (qc.)zijn ogen goed de kost geven • 〈 ironisch〉 ne pas avoir les yeux dans sa poche; 〈vooral m.b.t. mooie vrouwen〉 se rincer l'oeil〈 spreekwoord〉 oog om oog, tand om tand • oeil pour oeil, dent pour dent2 met een half oog iets zien • entrevoir qc.schele, scheve ogen maken, geven • faire des jalouxiemand met schele ogen aankijken • être jaloux de qn.het oog over iets laten gaan • promener son regard sur qc.〈 figuurlijk〉 het oog op iets laten vallen • avoir des desseins sur qc.zover het oog reikt • à perte de vue〈 figuurlijk〉 het oog slaan, laten vallen op iemand • jeter son dévolu sur qn.het oog treffen • frapper les yeuxaan het oog ontsnappen • se dérober à la vueiets aan het oog onttrekken • masquer qc. à la vuein het oog lopen • se faire remarquerin het oog lopend, vallend • manifestein het oog springen, vallen • sauter aux yeuxmet de ogen verslinden • dévorer (qn., qc.) des yeuxiets (de werkelijkheid) onder ogen zien • regarder qc. (les choses) en facede dood onder ogen zien • envisager la mortonder iemands ogen komen • se présenter devant qn.iets niet onder ogen willen zien • se mentir à soi-mêmeiets onder ogen hebben • avoir qc. sous les yeuxiemand iets onder het oog brengen • 〈 op iets wijzen〉 faire observer qc. à qn.; 〈 aan het verstand brengen〉 essayer de faire comprendre qc. à qn.op het oog • à première vuezo op het oog • à vue d'oeiliemand, iets op het oog hebben • avoir qn., qc. en vueuit het oog raken • disparaître (aux yeux)iets, iemand uit het oog verliezen • perdre qc., qn. de vue(ga) uit mijn ogen! • hors de ma vue!iets voor ogen stellen • 〈 doen zien〉 représenter qc.; 〈 een voorstelling hebben〉 se représenter qc.〈 figuurlijk〉 iets voor ogen houden • garder qc. à l'esprit〈 figuurlijk〉 iemand voor ogen staan • être présent à l'esprit de qn.〈 spreekwoord〉 uit het oog, uit het hart • loin des yeux, loin du coeurhij wierp, gooide zes ogen • il a jeté un six¶ in hun ogen betekent hij niet veel • à leurs yeux, il a peu de valeurmet het oog op • en vue demet het oog hierop • à cet effetiemand naar de ogen zien • ramper devant qn. -
3 been
3 [bot; stof waaruit botten bestaan] os 〈m.〉4 [gebeente] os 〈 meervoud〉♦voorbeelden:dat paard staat hoog op de benen • ce cheval a de longues jambesop het verkeerde been gezet worden • être pris à contre-piedmet het verkeerde been uit bed gestapt zijn • s'être levé du pied gauche〈 figuurlijk〉 iemand tegen het zere been schoppen • toucher qn. au vifeen been breken • se casser la jambede benen nemen • prendre ses jambes à son coumijn been slaapt • j'ai des fourmis dans les jambesde benen strekken • se dégourdir les jambesmet zijn been trekken • tirer la jambeal de hele dag op de been zijn • être sur pied toute la (sainte) journéeer was veel volk op de been • il y avait beaucoup de mondeik kan niet meer op mijn benen staan • je ne tiens plus sur mes jambesiemand weer op de been helpen • remettre qn. sur piedvast op z'n benen staan • être d'aplombslecht ter been zijn • avoir de mauvaises jambeszijn benen uit zijn lijf lopen • se démenerik heb geen benen meer om op te staan • je n'ai plus de jambesbenen als een ooievaar hebben • être monté sur des échasses〈 spreekwoord〉 het zijn sterke benen die de weelde kunnen dragen • ±il faut de plus grandes vertus pour soutenir la bonne fortune que la mauvaise -
4 vuur
♦voorbeelden:vuur en vlam spuwen • lancer feu et flammesBengaals vuur • feu de Bengalehet heilige vuur hebben • avoir le feu sacréik heb wel voor heter vuren gestaan • j'en ai vu d'autresop een laag, zacht vuurtje • à feu douxeen vuur aanleggen • allumer un feuiemand een vuurtje geven • donner du feu à qn.iemand het vuur na aan de schenen leggen • 〈 ondervragen〉 harceler qn. de questions; 〈 het hem moeilijk maken〉 mettre qn. au pied du murhet vuur uit zijn sloffen lopen • faire feu des quatre fersmag ik wat vuur? • auriez-vous du feu?haar ogen schoten vuur • ses yeux lançaient des éclairseen vuurtje stoken • 〈 letterlijk〉 allumer un feu (de bois); 〈 figuurlijk〉 mettre le feu aux poudresvuur vatten • prendre feu〈 figuurlijk〉 voor iemand door het vuur gaan • se jeter au feu pour qn.door vuur vergaan • périr dans les flammesin vuur opgaan • être consumé par le feuhet huis staat in vuur en vlam • la maison est en flammesin het vuur van zijn betoog • dans le feu du discoursiets met vuur verdedigen • défendre qc. avec passionde vijand onder vuur nemen • ouvrir le feu sur l'ennemieen land te vuur en te zwaard verwoesten • mettre un pays à feu et à sangeen land te vuur en te zwaard veroveren • conquérir un pays par le fer et par le feu〈 figuurlijk〉 iets te vuur en te zwaard verdedigen • défendre qc. à feu et à sangtussen twee vuren zitten • être pris entre deux feuxiets uit het vuur slepen • se démener pour obtenir qc.zo rood als vuur zijn • être rouge comme une pivoineals een lopend vuurtje rondgaan • se répandre comme une traînée de poudre -
5 als een muis in de val zitten
als een muis in de val zitten -
6 bij een razzia opgepakt worden
bij een razzia opgepakt worden -
7 groen en geel voor de ogen worden
groen en geel voor de ogen wordenDeens-Russisch woordenboek > groen en geel voor de ogen worden
-
8 in een strijd gewikkeld zijn
in een strijd gewikkeld zijn -
9 in het ijs vastzitten
in het ijs vastzitten -
10 in paniek raken
in paniek raken -
11 muis
♦voorbeelden:als een muis in de val zitten • être pris dans une souricièreze zijn zo stil als een muis • on entendrait trotter une souris→ link=kat kat -
12 op het verkeerde been gezet worden
op het verkeerde been gezet wordenDeens-Russisch woordenboek > op het verkeerde been gezet worden
-
13 paniek
-
14 razzia
♦voorbeelden:bij een razzia opgepakt worden • être pris dans une rafle -
15 strijd
♦voorbeelden:een zware strijd • un violent combatde strijd aanbinden (tegen) • engager la lutte (contre)strijd voeren, leveren • livrer combattroepen in de strijd werpen • jeter des troupes dans la bataillein een strijd gewikkeld zijn • être pris dans une batailleom strijd • à qui mieux mieuxde strijd om het bestaan • la lutte pour la viede strijd om de macht • la course au pouvoirde strijd om de kwartfinales • la lutte pour l'accession aux quarts de finalestrijd op leven en dood • lutte à mortgehavend uit de strijd (vandaan) komen • 〈 letterlijk〉 revenir en piteux état; 〈 figuurlijk〉 y laisser des plumesdie opvattingen zijn met elkaar in strijd • ces deux conceptions sont contradictoires -
16 tussen twee vuren zitten
tussen twee vuren zitten -
17 vastvriezen
-
18 vastzitten in de file
vastzitten in de file -
19 liggen
1 [uitgestrekt zijn] être étendu4 [+ aan][afhangen van] tenir (à)5 [passen bij een aanleg, belangstelling] convenir à6 [m.b.t. wind, storm] tomber7 [begraven zijn] reposer8 [gelegerd zijn] être en garnison (à)♦voorbeelden:〈 tegen hond〉 ga liggen! • allez, coucher!3 er ligt, er liggen … • il y a …de toestand ligt hier anders • la situation est différente icide prijzen liggen vrij hoog • les prix sont assez élevésAntwerpen ligt aan de Schelde • Anvers est située sur l'Escauthet appartement ligt op het noorden • l'appartement est orienté au nordde troepen liggen voor de stad • les troupes campent devant la villedat lag aan verscheidene dingen • il y avait différentes raisons à celais het nu zo koud of ligt het aan mij? • est-ce qu'il fait vraiment si froid ou est-ce que cela tient à moi?aan mij zal het niet liggen als het mislukt • ça ne sera pas de ma faute si ça échoueaan wie ligt het? • à qui la faute?als het aan mij lag • s'il ne tenait qu'à moidat ligt niet in mijn aard • ce n'est pas dans ma nature¶ iets hebben liggen • avoir qc. en réserve〈 Algemeen Zuid-Nederlands〉 iemand liggen hebben • 〈 de baas zijn〉 avoir le dessus; 〈 beethebben〉 avoir attrapé qn.zich nergens iets aan gelegen laten liggen • n'en faire qu'à sa têtedie wijn moet nog liggen • il faut laisser reposer ce vindaar is mij veel aan gelegen • c'est très important pour moials ze dat merken lig ik eruit • s'ils découvrent ça, ils me mettront à la porte -
20 nauw
nauw1〈 het〉♦voorbeelden:¶ iemand in het nauw drijven • pousser qn. dans ses derniers retranchementsin het nauw zitten • être dans une mauvaise passeik werd in het nauw gedreven door zijn vraag • sa question m'a pris de court————————nauw2♦voorbeelden:een nauwe samenhang • un lien étroitte nauwe schoenen hebben • avoir, porter des chaussures trop étroiteshij is nauw bij die zaak betrokken • cette chose le touche de prèsdeze talen zijn nauw verwant • ces langues sont très proches l'une de l'autrenauw zitten • être serréwat geld betreft kijkt hij niet zo nauw • il n'est pas regardantdat luistert nauw • il s'agit d'être très précishij neemt het zeer nauw met de discipline • il est très strict sur la disciplinehet niet zo nauw nemen • ne pas y regarder de si prèshet steekt niet zo nauw • on n'en est pas à cela près
- 1
- 2
См. также в других словарях:
être pris — ● être pris verbe passif Être saisi soudain d un sentiment violent, d une maladie : Être pris de peur. Être accaparé, avoir son temps occupé : Je suis très pris en ce moment. ● être pris (expressions) verbe passif Avoir le nez pris, la gorge… … Encyclopédie Universelle
Être pris de boisson — ● Être pris de boisson être en état d ivresse … Encyclopédie Universelle
Être pris de vin, de boisson — ● Être pris de vin, de boisson être ivre … Encyclopédie Universelle
Être pris à son jeu — ● Être pris à son jeu être amené, à son insu, à devoir prendre au sérieux ce que, primitivement, on ne faisait que par jeu … Encyclopédie Universelle
Etre et Temps — Être et Temps Être et Temps (Sein und Zeit, 1927) est une œuvre du philosophe allemand Martin Heidegger. Cette œuvre est conçue comme une première partie d un projet qui ne fut pas mené à terme. Elle marque un tournant important de la philosophie … Wikipédia en Français
Être et temps — (Sein und Zeit, 1927) est une œuvre du philosophe allemand Martin Heidegger. Cette œuvre est conçue comme une première partie d un projet qui ne fut pas mené à terme. Elle marque un tournant important de la philosophie continentale. Emmanuel… … Wikipédia en Français
pris — pris, prise [ pri, priz ] adj. • v. 1150 « solidifié »; p. p. de prendre 1 ♦ Occupé. « Cette place est elle prise ? Non, elle est libre. » Tout est pris. Avoir les mains prises, occupées à tenir qqch. « Il avait sa journée prise, des tas de… … Encyclopédie Universelle
être occupé — ● être occupé verbe passif Être tenu sous une domination étrangère ; être envahi par un ennemi : Restituer les territoires occupés. En parlant d un lieu de travail, être envahi par des travailleurs, qui manifestent ainsi leur mécontentement :… … Encyclopédie Universelle
être exclu — ● être exclu verbe passif Avoir été rejeté d un groupe. Ne pas être pris en considération, ne pas entrer en ligne de compte : Les fournitures exclues, la facture s élève à tant. ● être exclu (expressions) verbe passif Il est exclu que, c est… … Encyclopédie Universelle
être laissé — ● être laissé verbe passif Être laissé pour compte, ne pas être acheté et rester en stock ; ne pas être pris en considération. ● être laissé (expressions) verbe passif Être laissé pour compte, ne pas être acheté et rester en stock ; ne pas être… … Encyclopédie Universelle
être fait — ● être fait verbe passif En parlant de certains aliments, être parvenus à maturité : Fromage bien fait. Familier. Être pris, attrapé ; tomber dans un piège : Être fait comme un rat. Être conformé de telle ou telle manière : Jeune fille bien faite … Encyclopédie Universelle